top of page
  • Foto van schrijverTinne Horemans

Op pad met Orbáns uitdager


Op goed geluk rijden we naar Hódmezövásárhely, de stad waar Orbáns uitdager burgemeester is. Een fanatieke katholiek, vader van 7 kinderen, die zich profileert als man van de ‘nieuwe’ politiek. We lopen de trappen van het majestueuze stadhuis op. Binnen weer trappen op, één keer rechts, één keer links en daar staan we, voor een rijzige houten deur met koperkleurige aluminium naamplaat: Dr. Márki-Zay Péter, polgármester.



Zonder schroom doet Tijn de deur open en stapt het voorportaal binnen. 19de eeuws oogt het, met hoge plafonds, glazen kroonluchters, Perzische tapijten en antieke meubels. Er heerst een gezellige bedrijvigheid. Een jonge vrouw typt, terwijl twee oudere vrouwen met papierwerk de etage doorkruisen. We nemen plaats in sofa’s overtrokken met rood fluweel. Koffie wordt opgediend. “Geef een gil als je nog wat nodig hebt”, zegt een assistente van Márki-Zay. Tijn geeft zijn visitekaartje.


Even later komt de assistente bij ons zitten. “We vonden nog een gaatje: na Reuters, en na Die Zeit. Jullie moeten dus even wachten. Beloof ons volgende keer vooraf een afspraak te maken.” Tijn feliciteert haar met de verkiezing van háár burgemeester tot kandidaat-premier. U bent blij? “Ja”, lacht ze verlegen, “al wordt het zwaar. De propagandamachine van Orbán draait al op volle toeren. Márki-Zay heeft niéts te verbergen, hij leidde en leidt een perfect leven, gaat elke zondag naar de kerk, maar ze vinden altijd iets."


Márki-Zay komt binnen en schudt ons meteen de hand. “Mijn excuses”, zegt hij, “dat jullie moeten wachten. Ik heb het immens druk.” Hij loopt het volgende vertrek in, richting zijn bureau. Even later komt hij weer naar ons toe en excuseert zich nogmaals. "Ik moet naar de studio voor ’n tv-optreden. Waarom lopen jullie niet even mee? Het is heerlijk weer!” Tijn pakt zijn microfoon en start meteen het interview. Hij stelt vragen terwijl we het voorportaal verlaten, de trappen af lopen en het marktplein oversteken in de richting van de tv-studio. Bij aankomst wenst Márki-Zay ons een fijne wandeling in de stad.



Tijn, die het lef had zonder afspraak bij hem aan te kloppen, loopt met dezelfde bravoure mee de televisiestudio’s in. Márki-Zay vindt het prima. Terwijl ik wacht in de regiekamer, wenst Tijn hem succes. Na een uurtje is hij klaar. Weer op weg naar het stadhuis, houdt hij – net als op de heenweg - élke deur voor ons open. Hij staat erop als laatste binnen te gaan. Hoewel hij zei weinig tijd te hebben, praat hij 45 minuten, in hoog tempo. Zijn Engels is uitstekend. Hij schetst niet alleen een donker, maar ook gevaarlijk beeld van Hongarije.





In de auto naar Budapest leest Tijn een app voor van een Hongaarse vriend: “Márki-Zay’s vrouw, een vroedvrouw, wordt nu al beschimpt in de media. Onder haar verantwoordelijkheid zouden twee baby’s gestorven zijn… ”


Die zwartmakerij stemt me droef. Vond ik Márki-Zay dan zó sympathiek? De afstand die je als journalist te allen tijde moet bewaren, is mij kennelijk vreemd.

“Ach, Tiené”, zegt een Hongaarse vriendin de volgende dag. “Alle Hongaren houden de deur voor je open. Typisch Hongaars. Ik vertrouw hem niet helemaal… In een interview beweerde hij geen seks te hebben gehad voor het huwelijk. Waarom zegt hij dat?”


Tijns Hongaarse fixer is zwaar onder de indruk van ons bezoek. “Did you really meet?” Wat denkt haar familie over haar werk als onderzoeksjournalist in het huidige Hongarije, waar onafhankelijke media onder vuur liggen? “Mijn broer is bang, mijn vader is verbitterd en mijn moeder heeft ál haar hoop gesteld op... Péter Márki-Zay.“


Fragmenten uit Tijns interview met Márki-Zay hoor je in de reportage die binnen enkele dagen verschijnt op VPRO Bureau Buitenland.




142 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page