top of page
  • Foto van schrijverTinne Horemans

Een avond in Tirana, Albanië

We landen op het vliegveld van Tirana. Het is er overzichtelijk en gezellig. Bij buitenkomst vallen meteen de reusachtige, kale bergen op, en de palmbomen. Uit een typische Balkantent klinkt muziek op. Een enorm en stoffig plastic zeil omspant het terras als bescherming tegen de regen. Een paar meter verderop wachten bestelbusjes om reizigers mee te nemen naar het centrum van Tirana. Drie kwartier wachten vinden we lang, dus lopen we verder. Op zoek naar een taxi.


Een taxirit naar het centrum van Tirana? 122 Albanese lek, 20 euro. De taxichauffeur houdt de deur voor ons open.

“Kijk jij even of je aan jouw kant een schuttersputje ziet." Vanop de achterbank van de taxi bestudeert Tijn het weidse landschap. Schuttersputjes zijn eenpersoons bunkertjes, een overblijfsel uit het communistische tijdperk. De paranoïde dictator Enver Hoxha, de communistische leider die het land in de geest van Stalin met ijzeren hand regeerde en het afsloot voor de buitenwereld, liet deze bunkertjes aanleggen uit angst voor een aanval van buitenaf. Tienduizenden zijn er, onverwoestbaar en verspreid over het hele land.




De hele rit lang schudden we van voren naar achteren. De taxichauffeur trekt op om dan weer bruusk te remmen, net voor de bumper van de auto voor ons. Zodra de afstand volgens hem weer groot genoeg is, trekt hij opnieuw flink op. In de verte stuwt een herder een kudde schapen vooruit. Aan de rand van een beekje ligt een enorme berg afval. Uit talloze ramen hangt schone was te wapperen. Half afgebouwde huizen tekenen het landschap. Bij het stoplicht tikken zigeuners op de autoraampjes van de taxi. Zodra we Tirana naderen, doemen felgekleurde appartementsgebouwen op. Dit is het werk van Edi Rama. De premier van Albanië won internationale faam toen hij begin 2000 als burgemeester van Tirana de grijze, troosteloze appartementsgebouwen uit de tijd van het communisme door kunstenaars in felle kleuren liet beschilderen.


We checken in bij Tirana International Hotel. Een gigantisch gebouw uit de jaren ‘70 met uitzicht op het Skanderbegplein, het middelpunt van Tirana. Het hotel is 15 verdiepingen hoog, we stappen uit op de negende. Eenmaal op de hotelkamer, loopt de kruier naar het raam. “Kijk, daar ligt de Nieuwe Bazaar en daar het Fort.” Even later verschijnt op het plein een groep mensen die een immense Oekraïense vlag horizontaal uitstrekken. Het Oekraïense volkslied weerklinkt.



Weer beneden, lopen we over het Skanderbegplein de trappen op naar het Cultuurpaleis en drinken een koffie naast de Opera. Aan de andere kant van het plein ontwaar ik het skelet van een flat- of kantoorgebouw, nog hoger dan het Tirana International Hotel. Tirana is een stad in voortdurende verandering. De laatste jaren werd ook het Skanderbegplein aangepakt.




Tijdens het communisme kon je op dit plein een speld horen vallen. Haast niemand had een eigen auto. In de jaren ’90 werd de auto een statussymbool en veranderde Tirana al snel in een smoezelig verkeersinfarct. Het Skanderbegplein werd jarenlang als parkeerplaats gebruikt. Vandaag is de plek weer autovrij en een ontmoetingsplaats voor familie en vrienden. Op en rond het plein vind je lokale vegetatie en ook het plein zelf werd heraangelegd met natuurstenen uit Albanië en Kosovo om de lokale economie te steunen.


Naast het café, in hetzelfde Cultuurpaleis, huist de internationale boekhandel Adrion met een ruim aanbod van fictie en non-fictie in het Engels en het Albanees. Voor wie meer wil weten over de regio zijn er ook reisgidsen en geschiedenisboeken. Zelfs in het Nederlands. Ik koop Gerda Mulders ‘Albanië in geuren en kleuren’ waarin ze schrijft dat ze bij aankomst in Tirana precies doet wat ik net heb gedaan: een koffie drinken naast de Opera en op zoek gaan naar een goed boek in Adrion. Bij elk bezoek aan Tirana is ze verbaasd hoe anders het Skanderbegplein er weer bij ligt (p. 117-118).




In de wandkast met vertaalde Albanese klassiekers staan vooral de boeken van de bekendste Albanese romanschrijver en dichter, Ismail Kadare (°1936). Net als Enver Hoxha werd Kadare in het stadje Gjirokastër geboren, vlakbij de Griekse grens. Mythes, en vooral Albanese mythes staan in zijn geschriften centraal. Kadare toont ook de onderdrukkende werking van dictaturen: het Ottomaanse rijk staat in zijn werk symbool voor Hoxha’s repressieve regime. Toch probeerde Kadare uit angst voor de terreur bij deze communistische leider in het gevlei te komen. Eind jaren ’60 voert hij in De grote winter Hoxha op als een held (Berkhout, 2004) Kadare heeft ‘zijn ziel aan de duivel verkocht’, schrijft Krielaars in NRC. In 1990 vertrekt Kadare alsnog naar het buitenland. Op dit moment pendelt hij tussen Parijs en Tirana.


Met een hongerige maag lopen we verder. CEREN – FORTRESS: ik spiek op een post-it terwijl ik bijna over een losse stoeptegel struikel. "Ceren is een uitstekend restaurant met een traditionele Albanese keuken," had de receptioniste van het hotel gezegd. "In het Fort van Justinianus. Jullie zijn er zo."

"Een restant uit de Byzantijnse periode," lees ik op een bord naast de toegangspoort. Binnen de versterkte muren van het voormalige fort oogt alles perfect. Hier geen ruigheid of rommeligheid. We zitten midden in the tourist zone. In het restaurant hoor ik ook de Albanese taal niet meer. Enkel uit de stereoboxen. "Jullie luisteren naar Akustika," vertelt de serveerster, een band die oude Albanese liederen vertolkt. Prachtig. En het eten? Heerlijk. The Balkans meet Italy. Een mooie mix van verfijnde, mediterrane hapjes en het betere, grove Balkanwerk (worst en eendenbout).




De volgende ochtend genieten we, aan de andere kant van het Skanderbegplein, van onze eerste koffie op het terras van Hemingway Café. Tijn maakt me attent op de in felle kleuren beschilderde lantaarnpaal met talloze elektriciteitsdraden die alle kanten op gaan, onder meer naar en door het raam op de eerste verdieping van het Hemingway Café.


"Vinden jullie de koffie lekker, en de bediening goed?" De uitbater met zwart baardje kijkt ons vertwijfeld aan. "Ik zou 't fijn vinden als jullie over Hemingway Café iets moois schrijven, ik nam deze bar een paar maanden geleden over."


In deze wijk weer de rock ’n roll, de ruigheid en de rommeligheid, ik woonde 20 jaar in Brussel, waar ik zo van hou.


Tirana heeft het allemaal…



Literatuurlijst:


Berkhout K. (2004, 1 oktober). Ismail Kadare, meester van de mythologie. NRC Handelsblad


Farago, J. (2016, 15 november). Meet Edi Rama, Albania’s art prime minister. The Guardian


Krielaars, M. (2018, 9 november) De leugen regeert op de hele Balkan. NRC Handelsblad


Mulder, G. (2022). Albanië. In geuren en kleuren. Skanderbegbooks


Van Beek, S. (2019, 28 augustus). Albanië, een land met puistjes. Trouw




76 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page